Aseksueel: wat is dat?
Er bestaan veel onjuiste assumpties over de seksuele oriëntatie: aseksualiteit. Zo wordt er bijvoorbeeld vaak beweerd dat aseksuelen problemen hebben met seksuele functies. Er wordt zelfs wel eens beweerd dat aseksuelen ‘gewoon nog geen goede seks hebben gehad’. Deze beweringen zijn zeker niet waar. Maar wat betekent het dan wel als iemand aseksueel is? Wij leggen het je uit.
Wat is aseksualiteit?
Onder andere heteroseksuele en homoseksuele mensen zijn seksueel actief om seksuele bevrediging te vinden, dit werkt bij aseksuele mensen anders. Deze seksuele bevrediging herkennen zij niet en ze hebben dan ook niets met seksualiteit.
Dat aseksuelen weinig tot geen seksuele aantrekkingskracht hebben naar andere mensen, betekent niet dat ze nooit seksueel actief zijn. Er wordt wel eens gedacht dat aseksuele mensen problemen hebben met seksuele functies, maar niets is minder waar. Ze zijn seksueel functioneel en kunnen ook een orgasme krijgen. Het hebben van seks heeft voor hen gewoon geen positieve betekenis.
Desondanks zijn er wel aseksuele mensen die seksueel actief zijn. Aseksualiteit kan gezien worden als een spectrum tussen ‘aseksueel’ en ‘niet-aseksueel’. Binnen dit spectrum vallen verschillende identiteiten: grijs-aseksueel, demiseksueel, quoi-WTF seksueel, aceflux en frayseksueel. Deze identiteiten hebben een verschillende kijk op seks, hiervoor worden vaak vier termen gebruikt:
- Seksgezind: je vindt (het idee van) seks lekker.
- Seks-onverschillig: je staat neutraal tegenover seks.
- Seks-repulsief: je hebt een afwijzend gevoel tegenover seks.
- Seks-aversief: je hebt een afkeer naar seks.
Daarnaast komt de seksuele identiteit niet altijd overeen met gedrag. Dit zie je bijvoorbeeld ook bij hetero meiden: veel van deze meiden vinden het normaal om met andere meiden te zoenen, terwijl zij zich niet romantisch aangetrokken voelen tot de ander.
Het hoeft niet zo te zijn dat aseksuele mensen niet masturberen. Soms masturberen aseksuele mensen bijna net zoveel als mensen die wél seksueel zijn. Het verschil zit hem erin dat mensen die wel seksueel zijn het doen voor de bevrediging, terwijl aseksuelen het doen om andere redenen. Bijvoorbeeld om spanning los te laten.
Verschillende aantrekkingskrachten
Aseksuelen kunnen zich, ondanks het gemis van de seksuele aantrekkingskracht, wel romantisch aangetrokken voelen tot een ander. Dit houdt in dat hij of zij zich emotioneel wil verbinden met een ander. Ze willen gewoon een normale relatie, alleen dan zonder seks. Het is natuurlijk ook mogelijk om aseksueel én aromantisch te zijn, deze mensen leven graag alleen en hebben geen behoefte aan een liefdesrelatie.
Naast de romantische en seksuele aantrekking, bestaan er nog meer manieren van aantrekkingskracht. Om dit aan te duiden wordt er gebruik gemaakt van het ‘splitattraction model’:
- Platonische aantrekking: een sterke band die niet seksueel of romantisch is.
- Sensuele aantrekking: het verlangen naar fysiek contact, zoals knuffelen en aanrakingen.
- Esthetische aantrekking: een bewondering voor iemands uiterlijk.
- Romantische aantrekking: het verlangen naar een romantische relatie of date met iemand.
- Seksuele aantrekking: het verlangen naar seks met iemand.