Afvallen: de herkenbare obstakels
Afvallen is niet bepaald een makkie. Sterker nog: het woord alleen al maakt ons moe. Want een beachbody komt je niet zomaar aanwaaien helaas. Tja, dat diëten zorgt soms voor herkenbare taferelen…
1 januari, één dag na jouw verjaardag en maandagen zijn de vaste start-der-dieet-dagen.
Je denkt altijd aan eten. Bij het krijsen van de ochtendwekker bedenk jij je al welk prakkie vanavond op jouw bord ligt.
Was je net zo lekker bezig, zit je – best wel onbewust – een dikke vette roomboterkoek naar binnen te werken. Ach, dan kan die chocoladereep er ook nog wel bij.
’s Avonds berouw je het feit dat je die middag niks lekkers in huis hebt gehaald.
Tijdens je dieet lijkt iedereen opeens massaal friet te bikken en chocola te schransen. Overal om jou heen heerst eten.
Terwijl de aftiteling van GTST in beeld verschijnt, besluit jij, wegens een knorrende maag to the max, maar snel te gaan slapen.
Je hoort liters water weg te lurken, maar 2 liter? Holy moly!
Je hebt het veel te druk om 3 keer per week te ploeteren in de sportschool, nee maar echt.
Dus besluit je ’s avonds voor het slapengaan 20 keer te lungen, 50 squats en 4 keer de trap op en af te draven. Eh.. niet.
Alles om je heen is eetbaar. Of het nu over de datum is of niet, en zelfs als het de prullenbak al gezien heeft.
Na twee dagen zie je al wel degelijk verschil. Wat natuurlijk beloond wordt met een suikerwafel.
Je krijgt al een half orgasme bij een likje honing of kruimeltje suiker.
Jouw vrije dagen, zon- en feestdagen tellen niet mee als dieetdagen.
Je somt voor jezelf – in je hoofd – op, waarom dat ene snoepje zo barslecht voor jou is.
Je wilt zo snel mogelijk resultaat. Tranen met tuiten als blijkt dat je geen grammetje hebt verloren na drie dagen zwoegen in de sportschool.
Een mergpijpje is lekker, maar sinds jij dat klotedieet volgt vind je zo’n caloriebom 10 keer lekkerder.
Terwijl je met volle moed begon, is die moed je al snel in je schoenen gezakt. Té snel.
Je bent een pro in uitstellen. “Oké, volgende week begin ik écht,” claim je terwijl je met een zak chips op de bank ploft.
Die grafamandelen komen ondertussen je neus wel uit. Inclusief die salades en wortelen. Bah!
Een half hapje van een koek telt aber natürlich niet mee.
De wil is er. Om naar de sportschool te gaan. Het probleem is echter dat de bank té lekker ligt en er té leuke trash-tv op het programma staat.
Het liefst eet jij alles wat los en vast zit. Dus ook die gemorste klodder ketchup die nog op het aanrecht ligt.
Trouw eet je elke ochtend yoghurt met cruesli, tot een van je healthfreak-vriendinnen vertelt dat cruesli helemaal niet gezond is. Wat?! Uit frustratie stop je maar met je hele dieet.
Welk (herkenbaar) probleem heb jij altijd tijdens het afvallen?