Het engste aan de chemokuur - Kankerdagboek #11
Mijn naam is Annemijn van Leek en ik ben 26 jaar. In dit blog ga ik jullie meenemen in mijn leven. Mijn leven dat niet heel erg bijzonder was, maar wel bijzonder werd. Van de een op andere dag veranderde alles. Ik kreeg juni 2020 op 25-jarige leeftijd te horen dat ik borstkanker had.
De chemokuur
Vorige week konden jullie lezen welke chemokuur ik als eerste heb gekregen. Eigenlijk was alles spannend aan deze kuur. Dit zouden de zwaarste vier kuren van alle chemotherapieën zijn. Het enge eraan? Je weet niet hoe je reageert, hoe ik me zou gaan voelen, geen idee. Je haren gaan uitvallen. Alles is eng eigenlijk. Je gaat ziek worden, waarschijnlijk, je gaat er in ieder geval ziek uitzien, maar ik voelde me voor dat dit alles ging beginnen natuurlijk gewoon goed.
Hoe ging het?
Na de eerste chemokuur dacht ik: oké… en nu? Ik voel me nog steeds wel goed. Toen we thuis kwamen van de eerste kuur was ik wel ontzettend moe. Maar dat is natuurlijk niet gek. Ik was superzenuwachtig en ik had amper geslapen. Mijn vriend was ook erg moe, samen zijn we gaan slapen. De dagen erna gebeurde er weinig… Uiteindelijk kwam de klap wel.
Je bent moe, je smaak is ineens heel erg vies. Dat vond ik zo irritant. Uiteindelijk kreeg ik die smaak in mijn rustweek dan wel weer terug. Ik had ontzettend veel botpijn, dat is echt een ramp. Dit komt ook heel erg door de injectie die je dag na de chemotherapie moet zetten. Oh… als ik dan had gelopen en ik ging weer zitten, dan moest ik even een paar keer puffen, want mij hele rug was aan het kloppen.
Alles voelde ineens gek
Ik ging er redelijk goed doorheen hoor, door die vier kuren. Alles is gewoon ineens anders, dat is zo gek. Vóór de kuur genoot ik nog van mijn kop koffie, de dagen daarna moest ik niet meer aan koffie denken. Elke dinsdag bracht mijn moeder mij naar de chemotherapie en haalde me weer op. De dagen daarna werkte mijn vriend meestal wel thuis. Hij hielp me in ieder geval altijd even met opstarten. Zorgde dat ik mijn medicijnen op tijd innam, dat ik kon ontbijten, dat was fijn ik had daar gewoon weinig energie voor. Dan ontbeet ik bijvoorbeeld niet, terwijl voeding zo belangrijk voor je is, want dat geeft je lichaam kracht. Oh en eten deed ik wel, hoor. Alles wat los en vast zat, de hele dag door. Niet normaal… Meestal zeggen ze dat je eetlust achteruit gaat, nou daar was bij mij niets van te merken.
En dat lichaam moest hard werken hoor, ik was zelfs moe als ik op de bank zat. Zo raar. De trap oplopen werd uiteindelijk ook een uitdaging. Ik was kapot als ik boven was. Na het douchen afdrogen, ik moest daarna gewoon even bijkomen. Elke middag een middagdutje doen. Dat soort kleine dingen, daarin merk je dat je achteruit gaat.
In mijn rustweek, meestal echt zeven dagen na de kuur, klaarde ik altijd wel weer op. Dan kon ik weer wat meer doen. Mijn energielevel was nog erg laag, hoor. Alleen een kopje koffie was weer lekker en de botpijn was weer voorbij. Dat was erg fijn. Na de tweede chemokuur gebeurde het onvermijdelijke, mijn haren begonnen uit te vallen… Daarover volgende week meer.
Lees snel de volgende blog van Annemijn.