Vet lekker: Appeltaartje met pecannoten en kaneel
Om je vingers bij af te likken, die zelfgemaakte appeltaarten. Eén nadeel: waarom moet je meteen die hele springvorm leegvreten? Dit appelaartje is precies genoeg voor twee personen, waardoor je met een gerust hart kunt bakken.
Na het bakken van een appeltaart rest er maar één missie: die hele springvorm moet leeg. En wel zo snel mogelijk. Om vervolgens door de grond te zakken van schaamte en spijt en jezelf een driedubbele sportroutine aan te meten. Dit appeltaartje van Foodness gaat dat tegen, want daar is het te klein voor. Doorvreten is er niet bij. En wat je eet, is helemaal niet slecht voor je! Dat is al een hele geruststelling.
Dit heb je nodig voor de ‘vulling’:
1 appel
1 flinke snuf kaneelpoeder
3 eetlepels honing
Dit heb je nodig voor de bodem:
20 gram amandelmeel
25 gram pecannoten
1 eetlepel kokosolie
Dit moet je doen:
- Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius.
- Laat de pecannoten minimaal een kwartier weken in een kopje water. Giet af en hak ze fijn met een scherp mes. Er mogen nog stukjes in zitten als je daarvan houdt - dat zorgt voor wat meer crunch in de bodem.
- Meng de fijngehakte noten met het amandelmeel en de kokosolie. Je kunt voor deze twee stappen (het fijnhakken en het mengen) ook een keukenmachine gebruiken.
- Bedek de bodem van de springvorm met bakpapier, of vet de quichevorm in.
- Druk goed aan. Bak de bodem vast 10 minuten in de oven op 180 graden Celsius.
- Haal de bodem uit de oven en verdeel de appelstukjes erover. Giet de honing erover en zet de taart nog 10 minuutjes terug in de oven. Klaar!
Enjoy!
