Dit is waarom nicotine zo verslavend werkt

Neem jij af en toe een sigaretje of kan jij er helemaal niet van afblijven? Misschien ben jij wel bewust van de gevaren van roken, maar weet jij ook hoe verslavend het eigenlijk is? Nicotine is hiervan de boosdoener. Wij gaan je vertellen wat deze stof nou precies is en wat het met ons lichaam doet.

Nicotine

De stof nicotine komt voor in de tabaksplant en zit dus in onze sigaretten. Deze stof werkt op ons zenuwstelsel en is de voornaamste oorzaak van een verslaving aan roken. Hersenen nemen nicotine gemakkelijk op, omdat de stof qua samenstelling lijkt op een stof die in ons lichaam anwezig is. Zodra je blijft roken, gaan je hersenen zich aanpassen om zo snel mogelijk nicotine binnen te krijgen. Nicotine trekt razendsnel door je lichaam, namelijk in zeven seconden. Zo makkelijk gaat de stof dus van onze lippen naar onze hersenen. We raken hierdoor steeds meer gewend aan de stof en willen er steeds meer van. Nicotine zorgt ervoor dat we blijven verlangen naar een sigaret.

Hersenen

Nicotine speelt met onze hersenen. Bij het roken zoekt de nicotine verbinding met receptoren in onze hersenen. Er wordt een signaal verstuurd naar het beloningssysteem en er komt dopamine vrij. Dopamine zorgt voor extra impulsen en die zorgt voor de kick die we krijgen tijdens het roken. Nicotine werkt vaak alleen voor korte duur, eigenlijk maar enkele minuten. Zodra het aangename gevoel is gedaald, krijgt een roker een craving naar meer nicotine.

Lichamelijke afhankelijkheid

Nicotine geeft je ongeveer 20 minuten een goed gevoel, daarna begint een roker zich steeds onrustiger te voelen. Als je namelijk niet rookt, dan begint je lichaam onrustig te worden. Dit komt omdat je lichaam is begonnen met het afbreken van de nicotine. Binnen een uur na het roken beginnen de eerste ontwenningsverschijnselen. Je wordt gespannen, chagrijnig of je raakt minder geconcentreerd. Deze verschijnselen worden eigenlijk steeds sterker, tot het moment dat je opnieuw gaat roken. Dan voel je je pas weer 'goed'. Zo ontstaat dus het verlangen naar dat ene doosje sigaretten.

Geestelijke afhankelijkheid

Naast dat er bij roken sprake is van een lichamelijke afhankelijkheid, is er ook sprake van geestelijke afhankelijkheid. Roken is eigenlijk een ingesleten gewoonte en heeft dan ook vaak een functie gekregen. Denk aan even pauze, jezelf een houding geven, omgaan met een emotie of jezelf belonen. Naast deze functies kunnen ook stress, slecht nieuws of verveling zorgen dat je behoefte krijgt aan roken. Het afleren van deze gewoonte kost gewoon echt tijd. Het stoppen is niet alleen lastig vanwege ontwenningsverschijnselen, maar ook moeilijk omdat je een nieuwe invulling nodig hebt voor je gewoontes. Deze gewoonte kun je afleren door telkens opnieuw de keuze te maken iets anders te doen dan een sigaret op te steken. Je hebt nieuwe manieren nodig om met stress en emoties om te gaan.