Het Rooskleurige leven: Flirten in het openbaar
Maandelijks schrijft redacteur Roos (25) over herkenbare en ongemakkelijke situaties in het dagelijks leven. Kortom, het Rooskleurige leven. Met deze keer: Flirten in het openbaar.
Wie geeft er anno 2018 nog weleens een openlijk complimentje aan een vreemde? Nee... Als je een knappe vent ziet laat je je nummer niet meer achter op een bierviltje die je vervolgens stiekem op zijn tafel legt of in zijn jaszak laat glijden. In plaats daarvan open je Happn om te zien of jullie toevallig één minuut geleden nog paden hebben gekruist, zodat je hem kunt liken en jullie misschien een match hebben. Zie je hem niet? Dan is hij vast bezet. Verloren zaak. En daar is de kous dan mee af.
Veren in je reet
Hoe jammer is het dat er tegenwoordig zelden meer openlijk wordt geflirt? Gewoon een compliment, wat zie je er leuk uit, wat lach je leuk. Waarop er wat wordt geglimlacht en gebloosd en je weer overgaat op de orde van de dag. Die veren in je reet voel je de hele dag nog.
Toch wil ik ook niet beweren dat het helemaal nooit meer gebeurt. En zo rooskleurig als ik het hierboven omschrijf, zo tegenovergesteld blijkt het in de realiteit... Zo stond een vriendin laatst bij de apotheek toen een man van middelbare leeftijd in plat Amsterdams accent tegen haar zei:
“Wat sie jíj er mooi uit, ik mot ‘t gewoon effe seggah. Só, echt ‘t hele plaatje hoor.”
En het was niet zo dat ze naast elkaar stonden. Nee, hij bij de balie, zij achterin de rij. In de apotheek. Om 8u ‘s ochtends. Als het schaamrood je dan niet op de kaken staat heb je ófwel stalen zenuwen, ofwel dit overkomt je gewoon op dagelijkse basis. Geen van beiden was overigens bij haar het geval. Je kunt je dus voorstellen dat een tomatenhoofd nog zacht uitgedrukt was.
Vervelend genoeg voor haar natuurlijk, maar het bezorgde mij wel weer de tijd van m’n leven toen ik het verhaal in geuren en kleuren ontving in een spraakmemo. En eerlijk is eerlijk: dat is ook wat waard. En +1 voor technologie, want ik heb ‘m daarna nog wel vier keer afgespeeld.
Serenade in de trein
Afijn, dat flirten dus. Enerzijds zou ik willen dat de wereld wat romantischer werd. Als iemand vindt dat ik er fleeky uitzie, is het toch alleen maar leuk om dat ook te horen? Anderzijds moet ik er niet aan denken om een serenade te ontvangen in de rij bij de kassa. Of in een volle treincoupé. Nee, laat iedereen dan toch maar liever verzonken in z’n telefoon zitten. Links en rechts swipend in de hoop dat dat snoepje tegenover je ook net toevallig naar jou op zoek is.
Lees ook mijn eerdere columns:
De blootloper
Ik ben écht niet shopverslaafd!