Thirty-love: Een Harley voor vrouwen
Er zit een meisje verderop in de trein. Ze huilt zachtjes. Ik vraag me af of ik naar haar toe zal gaan, maar dan gaat haar telefoon. ?Hey?, zegt ze zachtjes, ?ze hebben hem vanmorgen moeten laten inslapen.?
Ik krijg een brok in mijn keel en ben ineens tien jaar terug in de tijd. In ons studentenhuis hadden we een grote rode kater, Harley. Op een dag, hij was al oud, maar nog levendig, ontdekten we een bult op zijn kin. Toen begon een traject bij de dierenarts dat pittig op de huisbegroting zou gaan drukken. Harley kreeg antibiotica, pijnstillers en nog meer antibiotica, maar niks hielp. De dierenarts keek ons elke keer meewariger aan, maar wij wilden Harley niet loslaten. Tot ze een dag heel streng was in haar witte jas en ons zei dat we het Harley niet langer aan mochten doen. We legden nog één keer geld bij elkaar en betaalden het spuitje om hem in te laten slapen. Thuis stonden we met vijf volwassenen, waaronder drie brede kerels, als kleine kinderen te huilen bij een doos met een levenloos roodharig pakketje erin. Harley was nog zo mooi en zo zacht. We begroeven hem in de tuin en aten zijn favoriete maaltijd: zalm.
Daarna kwam er een nieuwe kat, Poeslief, maar daar heb ik nooit meer zo?n band mee gehad. Ik bleef Harley missen, met zijn dikke rode pens, zijn bizarre voorliefde voor warme douches en zijn mensenkennis. Harley had altijd meteen door of een date een goeie kerel was of niet. Als Harley bij iemand op schoot ging zitten, was hij oké. Foute kerels vond hij stinken, leek het wel. Dan trok hij zijn neus op en negeerde ze demonstratief vanaf de vensterbank. Poeslief was niet zo kritisch. Die ging bij iedereen op schoot zitten, zelfs bij de vent die me belazerde met een docente en als excuus gaf dat hij onze tentamens veilig moest stellen. Had ik Harley nog maar. Die zou me afgelopen jaren feilloos door alle datingellende hebben geloodst.
Kijk mij nou, bedenk ik me sip. Ik ben tien jaar verder, maar ik kan nog steeds niet zonder die mooie, rode Harley. Er loopt een traan over mijn wang. Beschaamd zoek ik met mijn ogen mijn huilende medepassagier, maar ze is blijkbaar al uitgestapt. Dan tikt iemand me zachtjes op mijn schouder.
?Gaat het?? vraagt een oudere meneer.
?Jawel, hoor?, zeg ik, maar hij kijkt me bezorgd aan.
?Mijn kat is dood?, leg ik uit.
?Die van jou ook al?? vraagt hij. Blijkbaar heeft hij het meisje ook horen bellen.
Ik knik.
?Slechte dag vandaag?, mompelt hij.
?De mijne is eerlijk gezegd al tien jaar geleden overleden. En hij was ook niet echt van mij?, zeg ik. Harley hoorde al bij het huis toen ik er in ging wonen.
De man kijkt me verbaasd aan.
?Misschien is het tijd voor een nieuwe?? vraagt hij dan lief.
Ik lach. Ik denk dat Harley bij deze meneer wel op schoot zou willen. En hij heeft gelijk. Morgen ga ik op zoek naar een kat. Liefst een dikke rode met heel veel mensenkennis.
Lees ook de vorige Thirty-love columns!
Thirty-love is de blog van Frederique Hoogerdoel, single, dertig-plus, advocate, woonachtig in Utrecht, verknocht aan haar beste vriendin Carien, ook single, stewardess en wonend in Amsterdam. Samen zoeken ze hun weg in de verwarrende wereld van het dertigers-daten. Daarbij worden ze gesteund en geplaagd door hun gesettelde vriendinnen met kinderen, die ze er soms ongewild op wijzen dat de wereld onherroepelijk veranderd is sinds ze twintig waren.
De blog geeft lezers de kans om mee te leven met Frederique, hoofdpersoon van Thirty-love, de roman in wording. Meer Frederique? Kijk op thirty-love.nl en facebook.com/thirtylove. Frederique is gecreëerd door schrijfster Ilse Nelemans.