'Ik sliep met haar vriend en zou het zó weer doen': 5 lezeressen over hun grootste geheim
Sommige dingen vertel je niet snel. Andere dingen vertel je nooit. Waarom? Omdat het een taboe is. Of omdat je iets hebt gedaan wat écht niet kan. Deze lezeressen hebben zo'n geheim. En biechten 'm aan Ze op.
Iedereen doet weleens iets waar hij of zij niet trots op is. En ook iedereen heeft weleens iets meegemaakt wat niet per se aan de grote klok gehangen hoeft te worden. De volgende vrouwen echter, zwijgen voor altijd over hun grootste geheim. Alleen voor Ze maken ze een uitzondering.
Bregje (28): “Ik ben met de vriend van mijn beste vriendin naar bed geweest. Ik weet het, niet beste-vriendin-waardig, wat ik nu zeg, maar de spanning tussen mij en hem was té groot om er niets mee te doen – het leek wel of ik geen andere keuze had. Toen tijdens een filmavond mijn vriendin werd weggeroepen – ze is verloskundige –, bleef ik met haar vriend achter. Ik wist dat ik beter naar huis kon gaan, maar als een magneet werd ik naar hem toegetrokken. Binnen no time verslonden we elkaar. Het is bij één keer gebleven; het leek alsof dat genoeg was om alle spanning kwijt te raken. Het allerergste? Ik heb er geen spijt van. Sterker nog: ik zou het zo weer doen.”
Rianne (25): “Nooit zou ik aan een affaire beginnen, beloofde ik iedereen. En nu ben ik de minnares van iemand die getrouwd is en drie kinderen heeft. Op dit moment is het al twee jaar gaande. Het is niet ideaal nee, maar ik ben ervan overtuigd dat hij op een dag voor mij kiest, ook al hoor je vaak dat dit nooit gebeurt. Wat wij hebben is alleen zó sterk, en wat hij met zijn vrouw heeft is vrijwel niets meer. Hij blijft alleen nog voor de kinderen. Zodra de jongste naar school gaat, pakt hij zijn koffers. Ik vind mezelf niet egoïstisch, nee. Hij zegt zelfs: ‘Dankzij jou ben ik thuis veel beter te genieten, zeker voor de kinderen.’ Dat geeft me het gevoel dat ik echt belangrijk voor hem ben, ook al verklaart iedereen me voor gek.”
Jessica (31): “Ik heb de baan die een goede vriendin wilde. Al lange tijd zat ik werkloos thuis en ik was het zó zat; ik werd er echt ongelukkig van. Toen T. vertelde dat ze van plan was te solliciteren op een functie die perfect aansloot op mijn ervaring, besloot ik er ook voor te gaan – zonder haar dit te vertellen. Allebei werden we uitgenodigd voor een gesprek. Zij had ‘m eerder dan ik. Omdat ze de baan zó graag wilde, kwam ze bij mij het sollicitatiegesprek oefenen. Elk steekje wat ze liet vallen, noteerde ik, zodat ik díe fout in ieder geval niet zou maken. Tegen T. zei ik dat ze het uitstekend deed. Zij viel af na het eerste gesprek, ik ging door naar de volgende ronde. Voor ik naar het tweede gesprek ging, heb ik haar gebeld met de vraag of ze het goed vond als ik met het bedrijf in zee zou gaan. Ik was namelijk benaderd via-via, maakte ik haar wijs. Haar reactie? "Tuurlijk, moet je doen! Dat de beste dan de baan maar mag krijgen!", zei ze. Ik kan nog steeds wel door de grond zakken als ik denk aan de bos bloemen die ze stuurde toen ik de baan kreeg."
Alexia (27): “Het is nog altijd vreselijk om uit te spreken, maar: ik heb geld gestolen van mijn vader. Ik schaam me er nog steeds voor, zeker omdat hij het ook niet breed heeft. Maar toen hij een keer een financiële meevaller had en met een goedgevulde portemonnee nieuwe kleding wilde gaan kopen in de stad, heb ik ongeveer driekwart uit zijn portemonnee gevist toen hij uit het zicht was. Pas in de stad kwam mijn vader erachter dat het geld grotendeels weg was, waardoor hij geen seconde dacht dat het thuis gestolen was. Ik vind het vreselijk dat ik zijn zuurverdiende centen heb uitgegeven aan een garderobe voor mezelf. Maar het breekt nog meer mijn hart dat mijn vader uiteindelijk zei: 'Nou ja, ik hoop maar dat de dief het geld goed kan gebruiken.'”
Valerie (30): “Aan de buitenkant ben ik die vrouw die alle ballen hoog kan houden en nooit iets mist. Maar niemand, behalve mijn ouders en één goede vriendin, weet dat ik een paar jaar geleden een aantal maanden in een kliniek heb gezeten wegens een zware depressie. Ik denk niet graag terug aan die tijd en vertel er niet over, omdat ik vrees dat mensen dan anders tegen mij aankijken. Ik ben bang dat ik nooit de baan zou hebben die ik nu heb, omdat je in mijn functie stevig in je schoenen moet staan. Iets niet aankunnen is echt een dealbreaker. Daarom hou ik stijf mijn mond over die zware periode. Ook nieuwe mensen die ik ontmoet weten niets. We wonen in een relatief kleine plaats. Straks word ik nog de dorpsgek.”
Draag jij een groot geheim met je mee?