Domme dingen die je vroeger deed
We mogen toch hopen dat je over de tijd bent heen gegroeid dat je een grote fascinatie had voor poep en dat je je tanden zette in een echt zandkoekje. Vroeger deed je echt zulke achterlijke dingen.
1. Nooit de nageltjes van je hond gelakt, voorgelezen aan je hamster of je kat in het poppenwagentje gepropt? Echt wel!
2. Dat we vroeger het spelletje 'kantoortje spelen' fanatiek uitvoerden wekt twee vragen bij ons op 1) waarom wilden we vroeger zo graag werken? 2) Waarom is kinderarbeid afgeschaft als kinderen werken zo leuk vinden (geintje natuurlijk).
3. Op een gegeven moment bereik je een leeftijd waarin je kopieergedrag vertoont. En wie zijn dan je grootste inspiratiebron? Je ouders! ALLES wat zij doen aap je na. Je kopieerde hun hele leven in het spelletje waarin jij altijd de moeder wilde zijn: vadertje en moedertje.
4. Bij welke zwemgelegenheid dan ook jij dacht dat je een zeemeermin was en ging je beeldig zwemmen met je benen aan elkaar. Waarom zou je makkelijk doen als het moeilijk kan?
5. Dat stalen ros een synoniem is voor je fiets nam je wel heel letterlijk: ook jij deed sowieso alsof je fiets een paard was. Inclusief het aansporen met je hakken, het klikken met je tong, galopbewegingen en steigeren.
6. Als je je billen op de bagagedrager van je fiets drukte leek het net alsof je een lowrider had.
7. Als kind ging je in de rook van de auto staan als een echte superheld, padapadapadapadapadapadapadapada BATMAN.
8. Die zandtaartjes (die van echt zand gemaakt waren) die jij in je zelfbedachte luchtkasteel had gebakken at je écht op.
9. Jij verveelde je nooit, en mocht verveling op de loer liggen, dan kon je altijd nog terugvallen op één van je favoriete soorten tijdverdrijf: poepprikken.
10. Grassoep maakte je volgens je eigen recept: gras, bladeren, een snufje zand en een liter water. En of je moeder het even wilde voorproeven a.u.b.
11. Kleine kinderen hebben op één of andere reden een fascinatie om zichzelf in te graven in zand en vervolgens brullend ‘mama’ te roepen omdat die kleine beentjes niet sterk genoeg zijn om zichzelf te bevrijden uit de even wat minder flexibele aarde. Jij ook!
12. EN een fascinatie om met opzet in de poep te springen. Ja lachen joh! Wacht maar tot je zelf kinderen hebt. Dat is lachen ja.
13. Zodra je haarlengte je mond bereikte, nam je een pluk in je mond en sloeg je aan het sabbelen. Op naar die haarbal!
Bron, bron, bron, bron