Jaloezie: De Volstrekt Perfecte Derrière
Toen ik laatst door de stad liep, kwam ik achter een meid te lopen. Een meid die mijn ego met de grond gelijk maakte. Die alles voor me verpestte... En dat allemaal door haar Volstrekt Perfecte Derrière. Ze had de mooiste kont die ik ooit had gezien. Hij was zo mooi, dat ik bijna overwoog mijn telefoon op stil te zetten, zodat ik een geluidloos foto?tje kon maken met mijn 5.0 megapixelcamera. Gelukkig zag ik in dat zoiets grensoverschrijdend, wellicht zelfs strafbaar zou zijn. Ik was niet de enige die haar Goddelijke Billen zag, want alle mannen die op dezelfde lijn als ik liepen (en dus een stukje achter haar), waren als gebiologeerd door haar prachtige, blije achterwerk, dat wel dermate aanwezig was (door de gekozen rok) dat je het bijna van een op zichzelf staande persoonlijkheid zou verdenken. Als vrouw achter een vrouw met zo?n kont lopen, betekent jezelf hullen in onzichtbaarheid. Geen enkele ronding van mijn lichaam die kon tippen aan dat aangezicht; geen borst, geen dij, geen welving van opzij. Daadwerkelijk alles bleek betrekkelijk toen ik liep in de schaduw van haar reet. Jaloezie en bewondering wisselden elkaar af. Ik zat in innerlijk conflict en dialoog, voelde mij kleiner en geiler worden en moest moed verzamelen om mijn ogen er vanaf te trekken om haar in te halen. Toen me dat eenmaal gelukt was, kon ik het niet laten om even een nonchalante, onverschillige blik over mijn schouder te werpen. Mijn nieuwsgierigheid naar wiens gezicht een kont als deze droeg, was niet te stillen. Ik keek de meid recht aan en werd geconfronteerd met een gezicht dat qua schoonheid niet onder deed voor haar Volstrekt Perfecte Derrière. De moed zakte me in de schoenen. Een meid als zij is de reden dat mannen vreemdgaan, zo drong het tot me door. En de meesten van ons, -wij-, dienen maar te verkroppen dat we meer weg hebben van de schepsels uit de Efteling dan van een vrouw als zij.
Papier hier. Ik troostte mezelf met de gedachte dat ik in ieder geval een goed karakter had. Maar toen ik nogmaals omkeek en ze vriendelijk naar me glimlachte, wenste ik onmiddellijk te sterven, met of zonder pijn. |