Krijsende kinderen
'Kun je dat kind niet even opvoeden?' Dat wil zeggen: 'Kan dat verwende kliertje niet even zijn muil houden?' Wat ík denk als ik een kind zie loeien? Dan denk ik: 'Wat sneu voor de moeder' en dank ik God op mijn blote knieën dat het dit keer niet míjn dreutel is dat blèrt. Hoef ik me er ook niet aan te ergeren, noch die dodelijke blikken te ontvangen. Ik heb eigenlijk wel respect voor de moeder. Want een tierend kind is niet per definitie een Slecht Opgevoed Kind. Het betekent misschien wel dat de moeder niet heeft toegegeven aan het ik-wil-NU-een snoeoeoeoepjjjuuuuh!!!-gedrag. Als je daarentegen wél toegeeft aan een dergelijke peuterpuberbui, tsja, dan is je spruit wel weer even geluidloos. Maar een rustig, op het oog braaf lijkend kind is in mijn ogen niet persé ook altijd een Welopgevoed Kind. Eigenlijk is juist dát kind in zo'n geval een Verwend Kind. Want wat is er makkelijker dan je uk zijn mond te snoeren met snoep? Het lijkt wel of onze hummeltjes niet meer mógen huilen, en dat een moeder haar kind niet meer mag láten huilen. Laatst was ik zelf, zoals iedere dag, met Tristan in de supermarkt. Nu heb ik best wel engelengeduld (althans...), maar een twee en een half jarige peuter in de puberteit kan je soms tot wanhoop drijven. Je doet het als moeder ook nooit goed. Wanneer je je nakomeling zijn zin gaat geven, dan 'ben je je kind aan het verpesten'. Maar als puntje bij paaltje komt, je blèrende dreutel dan vervolgens níet zijn zin geeft en hem negeert, zoals al die opvoedboeken en opvoedprogramma's prefereren, dan ben je weer een ontaarde moeder; vanwege het negeren, óf je kind een verwend nest; vanwege het gegil. |