Elvis en zijn Memphis Mafia
De oorspronkelijke groep vrienden, die Elvis overal vergezelden, bestond uit acht personen, maar meestal waren er gemiddeld tussen de vier en dertien personen bij hem. Enkelen van hen - Sonny West, Joe Esposito, Red West, Billy Smith, Marty Lacker, Lamar Fike en later ook Larry Geller - werden beschouwd als zijn meest dierbare vrienden. Elvis was van een ieder van hen hun beste vriend. Joe Esposito bijvoorbeeld, Elvis' vriend en roadmanager van 1959 tot zijn dood in 1977, ontmoette Elvis in het leger, was getuige bij zijn huwelijk en de eerste van de groep on the scene toen Elvis al gestorven was.
Ze zijn op een nogal vreemde manier aan hun bijnaam gekomen. Begin jaren zestig liepen Elvis en zijn mannen veelal in zwarte mohair pakken rond. Op een dag moest Elvis voor een afspraak naar het Rivièra Hotel. Zelf verbleven Elvis en zijn vrienden in het Sahara hotel, waar ze normaliter tot vijf uur 's middags uitsliepen. Die afspraak stond echter al om één uur die middag gepland. Elvis kwam met twee zwarte limousines aan rijden. Er stonden natuurlijk veel fans te wachten bij het Rivièra Hotel en iedereen scandeerde zijn naam.
Elvis stapte samen met ongeveer tien van zijn mannen uit de limousines, allemaal gekleed in zwarte mohair pakken met zonnebrillen op. Omdat ze veel 's avonds en 's nachts leefden was hun huid heel vaal wit, iets wat in contrast met die zwarte pakken best griezelig was om te zien. Iemand in de menigte schreeuwde toen: "Who are they? The Mafia?" Een journaliste pikte dat op en de volgende dag stonden Elvis' vrienden in de krant te boek als de Memphis Mafia. Elvis vond deze benaming hilarisch en zeer passend bij zijn vrienden, dus die naam is toen gebleven. Net als bij de echte mafia had de Memphis Mafia een code of silence, zolang Elvis leefde en zo beschermden ze Elvis' naam en imago tot de dag dat hij stierf.
De Memphis Mafia vergezelde Elvis overal waar hij ging ? Graceland, Hollywood, Las Vegas, Hawaii en zelfs in Duitsland tijdens zijn dienstperiode in het Amerikaanse leger. Met de 'jongens' om zich heen kon Elvis helemaal zichzelf zijn. Hij was met ze opgegroeid, ze kwamen uit hetzelfde arme Memphis-district en hadden dezelfde dromen, ambities en obsessies. In de stad Memphis waren ze eind jaren zestig zelfs officieel gebadged (zie foto hieronder) met een licence to kill; zoveel respect had men voor hen.
Billy Smith, Bill Morris, Lamar Fike, Jerry Schilling, Roy Nixon, Vernon Presley, Charlie Hodge,
Sonny West, George Klein, Marty Lacker, Dr. Nichopolous, Elvis and Red West
Vierentwintig uur per dag stonden ze voor hem klaar. Sommigen hadden een huwelijk of relatie, maar ook vrouwen, liefjes, vriendinnen én families werden in de steek gelaten als ze met Elvis weg moesten. En hun salarissen waren mager. Maar daar stond tegenover dat de vergoedingen groot waren. Ze kregen jaarlijks een nieuwe auto en ook huizen, vakanties, sieraden, wilde feestjes, paarden, horloges, pistolen en geweren én de meisjes waar Elvis het bed niet (meer) mee wilde delen. Hun toewijding was absoluut. Lamar Fike over deze periode: "Mensen vragen of onze levensstijl onnatuurlijk was. Natuurlijk was dat achteraf gezien ook zo, maar op dat moment wisten we niet beter. We noemden mensen in de echte wereld 'normalen'." Sonny West, Elvis' hoofd beveiliging: "Mijn taak was het om de kogel op te vangen die voor hem bedoeld was."
Omdat ze vierentwintig uur per dag bij hem waren, waren deze mannen ook getuige van Elvis' persoonlijke strubbelingen. De spanningen tussen Elvis en zijn vader, zijn bizarre relatie met Priscilla, die pas veertien was toen ze een verhouding kregen en de manipulaties van 'Colonel' Parker, Elvis' manager. Deze van oorsprong Nederlandse Parker verloor soms wel één miljoen dollar per nacht aan de speeltafels in Las Vegas, terwijl Elvis zich in het zweet werkte voor hem. Vele leden van de Memphis Mafia vinden dat Parker voor het grootste deel schuldig is aan Elvis' dood. Want Parker liet zijn goudhaantje toeren - in een haast onmenselijk tourschema met soms wel 3 tot 4 optredens per dag (!) - totdat Elvis helemaal was opgebrand. Zoals wanneer Larry Geller, kapper/spiritueel adviseur, vertelde dat 'Colonel' Parker hem, na Elvis in zeer slechte toestand gezien te hebben, had gezegd dat het belangrijkste was dat Elvis die avond gewoon op het podium stond.
De Memphis Mafia had ook te kampen met Elvis' onzekerheid, zijn fascinatie voor wapens, karate, medicijnen, zogenaamde uppers & downers, zijn vele vriendinnen en liefjes, zijn paranoia en zijn toenemende interesse in Oosterse mystiek en religie. Dit alles in combinatie met zijn drukke leven als Elvis de performer moest gewoon eens verkeerd gaan. Zij waarschuwden Elvis keer op keer en verzochten hem om een pauze te nemen, maar hij wilde er niet aan geloven. "I owe too much to too many people," was dan Elvis' antwoord.
Hoe ouder Elvis werd, hoe geïsoleerder hij kwam te staan. Soms verbleef hij wel twee weken lang op zijn slaapkamer. Met hem raakten ook zijn vrienden in een isolement. Hun leven veranderde voorgoed op de dag dat Elvis overleed. Stuk voor stuk wilden ze niet geloven dat ze Elvis nooit meer in levende lijve zouden zien. Sommigen van hen hadden meer dan twintig (!) jaar van hun leven lief en leed met Elvis gedeeld en ze vielen naderhand - logischerwijs - in een diep zwart gat. Zowel lichamelijk als mentaal. Want ze wisten hoe ze limousines moesten bestellen, de kaf van het koren te scheiden qua meisjes en Elvis moesten beschermen, maar verder hadden ze geen kwalificaties. Hun fantasiewereld achter de hekken van Graceland, waar ze samen met Elvis leefden, stortte letterlijk in elkaar.
En tot op de dag van vandaag krijgen ze tranen in de ogen als ze aan hun vriend Elvis denken. "There's not a day that goes by without me thinking of him," zegt Sonny West hierover, "It was a rocky ride, but what a ride it was!"
Bronnen: (onder andere)
- dvd: Elvis & his Memphis Mafia
- dvd: Elvis: The last 24 hours