Joann heeft BDD: 'Make-up beheerst mijn leven'
Joan heeft BDD: Body Dysmorphic Disorder. Dit betekent letterlijk ‘ingebeelde lelijkheid’. Hierdoor is ze obsessief met haar huid en make-up bezig: "Soms mag ik thuis zonder make-up rondlopen van mezelf, mits er geen visite komt.”
BDD is eigenlijk vrij onbekend. Wellicht omdat mensen met deze stoornis zich schamen en zich niet begrepen voelen. De stoornis is vaak gefixeerd op één bepaald lichaamsdeel waar je dan een verschrikkelijke afkeer van en walging voor hebt. Joann (18): "Bij mij draait het om mijn gezicht en mijn huid; ik ben er heilig van overtuigd dat mijn gezicht zó lelijk is zonder make-up. Ik zou mezelf nooit zonder make-up durven te vertonen. Ik weet dat de stoornis draait om dingen die er eigenlijk niet zijn, maar ik kan me gewoon niet voorstellen dat ik me dingen inbeeld. Ik heb nou eenmaal last van puistjes en littekens, dit kan iedereen zien. En ik maak het erger door er constant aan te zitten."
Skin Picking
Joann kwam er onlangs achter dat ze niet alleen BDD heeft, maar ook een ander soort ‘stoornis’: Skin Picking. Voor haar werd alles toen nog duidelijker. “Het krabben en pulken aan puistjes en korstjes geeft me inderdaad een rustgevend gevoel. Ik heb dan ergens de controle over. Het gaat zelfs zover dat ik hiervoor niet alleen mijn handen gebruik. Als ik iets per se weg wil hebben, pak ik een scherp voorwerp. Als ik klaar ben doe ik weer make-up op. Overdag kan ik me nog redelijk beheersen, maar ’s avonds gaat het vaak fout. Vooral in stressvolle situaties ga ik krabben. Ik schaam me hier heel erg voor.”
Levensbeheersend
De combinatie van BDD en Skin Picking beheerst eigenlijk Joanns hele leven. Naast haar huidprobleem heeft Joan ook last van stemmingswisselingen en ‘buien’. “Ik kan het ene moment heel vrolijk zijn, dan vind ik mezelf opeens wel leuk. Maar dit kan door bijvoorbeeld een kleine opmerking weer helemaal omslaan. Het kost me dan heel veel moeite om daar weer uit te komen. En vaak vind ik mezelf dan ook nog dik en twijfel ik aan mezelf. Maar toch, als ik me goed voel, lijk ik geen ‘last’ van BDD te hebben. Daarom denk ik dat er meer aan de hand is.”
In de puberteit ontwikkelde zich dit bij Joanne. “Mijn onzekerheid is erger geworden toen ik vanaf mijn 15e puistjes begon te krijgen. Vanaf toen ben ik ook meteen foundation gaan dragen. Toen ik rond de 16 was, was mijn huid het allerergst. Ik gebruik nu gelukkig al een tijd de pil en probeer verschillende dingen om mijn huid te verbeteren. Ik heb echt al zo veel geprobeerd, maar weet ook dat producten niet altijd zullen helpen. Het belangrijkste probleem ligt natuurlijk bij mezelf, omdat ik er gewoon vanaf moet blijven. Er wordt ook constant op me gelet, want ik moet er gewoon echt niet aan krabben. Maar het is verslavend. Mijn huid moet glad zijn.”
Relatie
Joann en haar toenmalige vriend wisten allebei dat er wat gaande was, maar konden het niet plaatsen. Totdat Joann met een goede vriendin afsprak en echt alles eruit gooide wat haar dwars zat en zit. “Wat dat betreft ben ik wel een goede actrice, want niemand wist wat er allemaal in mijn hoofd gebeurde. Mijn vriendin heeft me die avond goed wakker geschud. Ik dacht dat mijn gedachten misschien bij de puberteit hoorden. Mijn ‘gekke trekjes’ waren ondertussen normaal geworden voor mij en mijn familie. Want ja, ik keek inderdaad in elke spiegel en droeg veel make-up. Mensen dachten dat dat bij mij hoorde. En ik dacht dat ook. Maar mijn vriendin vond het allemaal niet zo normaal, en ze kon nog weleens gelijk hebben.”
De vriendin van Joann wist precies wat er aan de hand was en stuurde Joann de volgende dag een link, waar met koeienletters BDD stond. Op dat moment wist Joann niet wat ze las. “Ik was in shock, trok wit weg… Minstens 85% kwam overeen met mijn gedrag. De symptomen en de persoonlijke verhalen waren zó herkenbaar. Ik heb toen ook alles aan mijn toenmalige vriend laten lezen en het werd voor hem ook een stuk duidelijker. Toen ben ik weer naar een psycholoog gegaan.”
Joann kent veel belemmeringen door haar stoornis. Zo is een sociaal leven leiden voor haar best lastig. “Het kost me moeite om mensen recht in de ogen te kijken, omdat ik bang ben dat ze dwars door mijn make-up kunnen kijken. Daarnaast ga ik bijvoorbeeld ook nooit zwemmen en naar de sauna. Ook vakanties zijn lastig. Ik kijk daar altijd erg tegenop. Bij mijn ouders kan ik wat makkelijker minderen met make-up, bij mijn vriend zou ik dat niet durven. Ik ben ooit gaan zwemmen met mijn ex en toen stelde ik een waslijst aan regels op, zoals dat ik om het halfuur in de spiegel kon kijken. Ook houd ik van sporten en buiten zijn, maar sporten met een dikke laag make-up op, is ook weer niet goed voor je huid. Tijdens betere dagen heb ik weleens zonder make-up hardgelopen.”
Het moeilijkste van alles is dat Joann nergens zichzelf kan zijn, zelfs thuis heeft ze letterlijk een masker van make-up op en voelt ze zich vaak niet op haar gemak. “Daarnaast is het probleem ook dat het zó vermoeiend is; het vreet mijn energie helemaal op. Ik ben altijd maar moe. Hierdoor zeg ik afspraken geregeld af. Ik kijk er ook altijd naar uit om te gaan slapen. Dan hoef ik even niet aan de spiegel te denken of make-up bij me te hebben. Maar begrijp me niet verkeerd: ik ben eigenlijk iemand vol levenslust, het kan me nooit gek genoeg. Stappen, dagjes weg, bedenk het maar. Helaas is dat op dit moment te veel gevraagd.”
Zelfbeeld
Toch zijn er ook dagen dat het wat beter gaat met Joann. “Ik kan niet zonder de spiegel, maar tegelijkertijd is het ook mijn grootste vijand. Als ik ’s morgens opsta en make-up opdoe, kan ik ook best van mezelf zeggen dat ik er goed uitzie. Maar ik vind mezelf zonder make-up écht heel lelijk. Misschien zien andere mensen het minder, maar ik weet gewoon dat ik niet mooi ben, omdat ik mezelf letterlijk lelijk heb gemaakt. Mijn gedachten zijn inderdaad niet altijd nodig, maar mooi is het gewoon niet te noemen. Gedurende de dag wordt mijn gevoel dan weer minder en voel ik weer iets in mijn gezicht, waardoor ik er weer aan ga zitten. Ik observeer mezelf in de spiegel, werk mijn make-up bij en even later begint het weer opnieuw. Toch is het krabben thuis vaak het ergste, omdat ik dan mijn masker af kan zetten. Soms mag ik thuis zonder make-up rondlopen van mezelf, mits er geen visite komt.”
De toekomst
“Hoe slecht het af en toe ook gaat, toch zie ik de toekomst rooskleurig in, omdat ik weet dat ik dit kan oplossen en overwinnen. Mijn ouders staan helaas niet achter me, omdat ze het gewoonweg niet begrijpen. Mijn vader weet niet eens van mijn stoornis af. Maar enkele familieleden, vriendinnen en natuurlijk mijn huidige vriend zijn er gelukkig voor me. Ik heb op dit moment heel veel steun aan mijn vriend. Soms snap ik namelijk niet hoe hij het met mij volhoudt, omdat ik lieve woorden niet eens van hem aanneem. Het is moeilijk, maar ik geloof oprecht dat we hier samen uitkomen. Ik ben hem heel dankbaar voor zijn steun en ik ga ook meer passende hulp zoeken voor mijn probleem. Het moet eerst slecht gaan, voordat het beter kan worden...”
Wil je ook je verhaal aan (de leZeressen van) Ze.nl vertellen? Stuur dan een mailtje naar karin@ze.nl o.v.v. real life verhaal.
Lees ook onze andere real life verhalen.