Dit denk je tijdens een vliegreis

 

1. Yes, op naar de zon! Ibiza, here I come!

2. Hadden ze die stoelen niet wat breder kunnen maken? Ik ben geen slangenmens en een vrouw heeft haar ruimte nodig!

3. Waarom zit ik altijd tussen twee vervelende mensen in? De meneer links ligt zo hard te snurken dat ik hem dwars door mijn muziek heen hoor en we zijn nog niet eens een halfuur onderweg. En de mevrouw rechts zit maar te wiebelen, maar naar de wc gaat ze niet. Dat is er zeker zo eentje met smetvrees.

4. En nu niest ze ook nog eens in mijn gezicht. Lekker hoor, vriendelijk bedankt.

5. Over het toilet gesproken, ik moet wel nodig. Eens kijken of ik langs Wiebelaar heen kan komen.
 

 

6. Of je opzij wilt gaan, oude tak. Ja hoor, dankjewel. 

7. Hmm, hier hangt ook een apart luchtje. 

8. Oké, nu even niet die vieze bril aanraken...

9. Turbulentie! Waarom altijd net als ik op de plee zit?

10. Pfoe, dat voelt beter. Toch fascinerend waar dat allemaal heengaat als je doorspoelt. 

11. Zo, nu weer langs Wiebelaar komen. Trek die benen in, je zit niet alleen in dit vliegtuig.

12. Kan dat kind achter mij niet stoppen met krijsen? Ik gooi je het vliegtuig uit als je niet ophoudt!

13. En dan begint 'ie ook nog een beetje tegen mijn stoel aan te trappen. Rotkind, heb je nooit manieren geleerd? Leg je benen lekker in je nek of zo!
 

 

14. Brrr, wat is het koud hier. Het is net een vrieskist. Denk aan iets warms, denk aan zon, zee en strand...

15. Zijn we er al?

16. Oh nee, nog een uur. Ik verveel me dood.

17. Ik wil eigenlijk wel mijn boek lezen, maar die zit in mijn tas. En die ligt natuurlijk in dat stomme vak boven mijn hoofd.

18. Misschien kan ik slapen? 

19. Nee, dat is geen succes. Wat te drinken dan, ik sterf van de dorst.

20. Joehoe, stewardess? Waarom negeert dat mens me de hele tijd?

21. Water, alstublieft. Als het niet te veel moeite is. 

22. Mijn dank is groot.
 

23. Wat duurt dit lang, zeg. Ik heb ook totaal geen beenruimte. Wat een afzetterij. 

24. Hoe kan Snurker links van mij wel slapen? Het klinkt alsof hij een heel bos aan het omzagen is. 

25. Oh, Wiebelaar zit nu eindelijk stil. Godzijdank, dat mens begon op mijn zenuwen te werken. 

26. En nu slaapt zij ook. Hoe doet iedereen dat toch?

27. Het weer in Ibiza kan maar beter heel goed zijn, anders maak ik deze reis voor niets. Ik kan niet eens naar buiten kijken, want Snurker hangt tegen dat stomme raampje aan. 

28. Hè hè, we gaan zo landen. Heel fijn, want ik bega een moord met dat kind achter mij. 

29. Waarom probeert iedereen zich tegelijk door die kleine deuren te proppen? Mensen, dat gaat echt niet passen hoor! 

30. Halleluja, frisse lucht! Ibiza, here I am!

Denk jij deze dingen ook tijdens een vliegreis?