De struggles van reizen
Belabberd sanitair, onbeleefde mensen en openbaar vervoer waar je echt geen hol van snapt... Het maakt niet uit naar welk land je reist, met de volgende 20 dingen heeft elke reiziger tenminste één keer in zijn leven te maken!
1. De stopcontacten zijn anders
En jij bent altijd je omvormer vergeten, waardoor je geld kwijt bent aan een nieuwe oplader. Grrr.
2. Elk land heeft een ander valuta
Vaak is er ook geen gunstige koers en lijd jij alleen maar verlies als jij je overgebleven geld weer in wilt wisselen voor je eigen valuta.
3. Er gaan dingen stuk in je koffer
Want ze gaan er op het vliegveld nou niet bepaald zuinig mee om.
4. Je vergeet altijd wel iets
Vaak is het ook nog iets belangrijks zoals je ticket, paspoort, oplader of tandenborstel. Daarnaast ben je panisch dat je iets vergeet als je weer richting huis gaat, want je kunt niet zomaar even terug om het vergeten ding weer op te halen. Lastig!
5. Je hebt geen flauw idee waar je terecht komt
Want eerlijk is eerlijk, de websites van hotels liegen altijd. Dat zwembad dat er zo prachtig uitziet op de foto's blijkt een aftands kinderbadje te zijn waar zestien verschillende schimmels in groeien. Niet iets waar jij je aan wilt wagen.
6. Je verdwaalt
Heel veel en heel vaak. Alles lijkt nou eenmaal op elkaar in een vreemd land.
7. Je spreekt de taal niet
Als je in Frankrijk bent, heb je al helemaal een probleem, want daar doen ze niet aan Engels. Succes daarmee!
8. Je stapel met vieze kleding hoopt zich op
En je kunt nergens wassen, tenzij je in een fancy hotel zit dat je was voor je doet. Maar dat is negen van de tien keer niet het geval, dus loop jij de laatste paar dagen in hetzelfde, stinkende shirt rond omdat dat het minst smoezelige is dat je nog hebt.
9. Het is eten is niet te nassen
Iedereen raadt je de lokale specialiteiten aan, maar dat wil je al helemaal niet proberen. Haggis eten als je in Schotland bent? Ja, geniet van je schapenmaag.
10. Je hebt een bagagelimiet
Dat betekent dat je niet veel kunt kopen, want je kan het niet mee naar huis nemen. Maar iedereen verwacht wel een souvenir, dus dat kleine beetje ruimte dat je hebt, wordt meteen ingenomen. Oh, en je mag je geld gaan uitgeven aan waardeloze prullaria. Fun.
11. De hygiëne is soms ver te zoeken
Dit is zeker het geval als je in een hostel verblijft. Die witte plekken op het matras zien er verdacht veel uit als sperma en je slaapt nog liever op de grond dan je hoofd op het met luizen bezaaide kussen neer te leggen. Daarom raden we je een hotel aan. Het liefst vijfsterren, want in het buitenland weet je het maar nooit.
12. Je stoelgang raakt door de war
Want, Haggis.
13. Je hebt geen internet
En als je een beetje ongeluk hebt, kun je überhaupt nergens verbinding maken. Misschien handig als je even 100 procent wil wegkomen van alles thuis, maar niet als je vakantiefoto's op Facebook wilt plaatsen.
14. Je snapt geen snars van de verkeersregels
Negen van de tien keer doet de bevolking van het desbetreffende land dat ook niet. Heb je weleens gezien hoe ze in Parijs rijden of een straat oversteken? Meestal zonder te kijken.
15. Je huid droogt uit
Dit kan komen door de droge lucht in het vliegtuig, de felle zon op de plek van bestemming of het chloorwater uit dat beschimmelde kinderbadje. Reizen is kut voor je huid.
16. Pinnen kost geld
En shit, je vergeet elke keer genoeg te pinnen dus moet je om de twee dagen vijf euro extra dokken bij een automaat. Bovendien ben je altijd bang dat dat ding je pinpas inslikt, dus sta je doodsangsten uit elke keer als je het pasje in de gleuf duwt.
17. Je slaapt slechter
Je bed is kut, de plaatselijke dronkenlap staat precies onder jouw raam te lallen en je bent je slaappillen vergeten mee te nemen. Op vakantie slaap je helaas altijd slechter.
18. Er zijn insecten en enge ziektes
Zoals cholera, ebola of malaria, dat je kunt krijgen van insecten die lijken op buitenaardse wezens en je uit je slaap houden. Toch maar die klamboe mee op vakantie?
19. Je hebt regels in een hotel
En dan hebben we het over dat je voor dag en dauw moet opstaan als je nog een paar stukjes droge toast wil wegkauwen. Of dat je pas vanaf vier uur 's middags mag inchecken en voor elf uur 's ochtends weer weg moet zijn. Je bent een geëerde gast, totdat ze je weg willen hebben. Loop je dus mooi met je koffertjes uren door een te drukke stad te zeulen. Lang leve vakantie.
20. Je voelt je nooit echt thuis
Oké, oké, je gaat natuurlijk niet op vakantie om je ergens thuis te voelen, maar vooralsnog is het fijn om een beetje te kunnen aarden in een land. Al is het maar om je verblijf wat prettiger te maken.
Maar even serieus: hoeveel we ook kunnen klagen over reizen, het is en blijft een heerlijk iets.
Welke dingen maak jij mee als je reist?